Word je er gelukkig van?
Ik breng pakketjes weg. Terug in de auto luister ik naar een warme stem en geniet van de tekst. Rust. Even later start ik de motor en rijd naar huis. Enkele meters en bochten verder duikt een mooi gelijnde, grote witte Mercedes voor mij op. Pittige rijstijl.
De rijbaan richting avondeten voegt zich samen en breidt zich uit, van 3 naar 2 naar 3 naar 2 naar 3 naar 2, naar 1. Ik rijd de Mercedes rustig voorbij op 3 als we voor het verkeerslicht stoppen. Direct na ‘groen’ moet ik ritsen naar baan 2. Omdat de witte Mercedes, op baan 2, een auto achter mij staat, besluit ik daar in te voegen. De pittige rijstijl van de bestuurder zal dat wat minder makkelijk maken maar ik ga, omdat er ruimte is.
De bestuurder schrikt, knippert en toetert fanatiek. Ik denk dat de persoon onbewust zo dicht op de ander reed. Iedereen die hier woont weet, dat direct na het verkeerslicht, geritst moet worden. De weg gaat opnieuw, van 2 naar 3, de auto haalt me in en samen verschuiven we naar rechts.
De Mercedes remt af. Er moet gecommuniceerd worden. Ik moet lachen en ben benieuwd. Als we naast elkaar aansluiten kijk ik rustig, in haar ogen. Ze begint te praten, door het gesloten raam. Heerlijk. Ik bemerk iets en geef een knipoog. Haar raampje gaat omlaag. Ik zet de stem uit en volg haar voorbeeld. Zodra dat kan vertel ik haar dat ik net in een lekkere meditatie zat. ‘Word je er gelukkig van?’ Ik laat via een handgebaar zien dat dat wel meevalt. ‘Je zag me niet!’ roept ze uit. Ik vertel haar dat ik haar wel had gezien maar dat ik toch echt moest invoegen. ‘Dus je duwt me aan de kant.’
Het verkeerslicht vertelt ons dat we door mogen rijden. Einde contact.
Vanochtend lig ik in bed en overdenk de gebeurtenis. Er was ruimte om in te voegen maar deze mooie vrouw in haar lelijk, mooie Mercedes zat zelf ook in een zone. Ze had niet door, wat er voor, haar, moest, gebeuren, dus schrok ze, van mijn invoeging.
Als ik me nu eens had voorgesteld en haar naam gevraagd? ‘Zullen we even parkeren bij de Albert Heijn. Samen een stuk oplopen. Gewoon, praten.’ Ik voelde contact en merkte dat zij het ook voelde ondanks haar snelle schakelen .. en optrekken :)
Zwarte Citroen, voegt in, voor, witte Mercedes. Mooie naam, Mercedes. Jammer van die ster. Hoewel?
“Word je er gelukkig van?”
Ik ga joggen en daarna, ja, met een vriend, op mijn smerige KTM, de modder in! Daar gaat mijn hart sneller van kloppen. Van de weg, af. Eigen weg. Mijn tijd.