Goudiep

Ik stap uit mijn auto en een man komt naar mij toe. Ik zag zijn busje al staan toen ik aan kwam rijden. Hij is hovenier en vraagt of hij een paar takken van mijn boom mag snoeien. Hij wil ze meenemen naar een training die hij de volgende dag heeft. “Ga je gang” vertel ik hem “de bomen kunnen wel een snoeibeurt gebruiken” wat hij met ingetogen glimlach bevestigt. Vandaag heeft hij de twee bomen bij mijn overbuurman bijgewerkt. “In welke vorm wil je ze hebben, recht, rond of conisch?”

We kochten ze 13 jaar geleden, de twee goudiepen, voor ons huis. Niet zozeer symbolisch maar omdat we dachten dat er twee konden staan. Twee smal en hoog opgroeiende goudiepen door Peet als kleine boompjes gekocht. Ik heb ze toen geplant in twee strak uitgesneden vierkantjes in het gras. De verlichting van onderop had ik al laten aanleggen tijdens de bouw. Twee goudiepen in een groot groen vierkant van gras. Mooi. ’s Winters zijn de bomen volledig kaal. Met het licht van onderuit ziet het er dan heerlijk draconisch uit. En ’s zomers, vol, in lichtgroen blad. Koelte aan deze zijde van het huis en de auto’s uit de zon.

Het liefst laat ik bomen groeien maar met een parkeerplaats voor de deur is dit idee niet te houden. De takken groeien breder dan verwacht en dus over de publieke ruimte heen. En behalve de volvo van mijn buurman – dat merk verdient geen hoofdletter – hindert het ons ook, in de gang naar het huis.

De hovenier vertelt mij dat hij er niet zo heel veel tijd voor nodig heeft.

We nemen iets meer afstand van de bomen en ik laat hem een zeer groene tak zien. De zuidelijke boom heeft een donkergroene uitloper. Petra wilde hem ooit snoeien :) Ik niet. Voor mij staat hij voor eigenheid. Je ziet het in de natuur overal. Zelfs in onze tuin kan ik je een tweede voorbeeld laten zien waar zich ook in de beukenhaag een discollorant bevindt. De hovenier vertelt mij dat ik die tak eruit moet zagen omdat hij het anders ontgroeit. Ik begrijp het. Donkergroen blad heeft een efficiëntere fotosynthese waardoor het makkelijker zonneschijn in groei kan vertalen. Ik moet lachen.

Ik ben vanochtend onderweg naar mijn systeemplafond als het woord verbinding door mijn hoofd dondert. Het wordt de laatste jaren zo verschrikkelijk veel gebruikt door politici, beleidsmakers en ma-na-gers. Om op te spugen. Ik denk dat de meesten de verbinding met zich zelf verloren zijn. Hoe dan, kunnen deze mensen voor verbinding zorgen als ze niet eens met zich zelf in contact staan?

Ik zie mijn twee goudiepen. Zijn ze verbonden? Nee … ze zijn vervlochten. Ze staan dicht tegen elkaar aan in strakke vierkantjes maar de takken overlappen en doorkruisen elkaar in rondes. Ik zie de stammen, die als twee duidelijk te onderscheiden entiteiten staan en weet dat onder de grond een soortgelijke vervlechting is geworteld. Ik beeld het me in.

Vervlechten is toch veel mooier dan verbinden? Bij een vervlechting stel ik mij twee soortgelijke materialen voor die in elkaar overgaan en zo een verband, een structuur, iets nieuws, vormen. Zoals een mooie schutting van wilgentenen. Als ik ooit een afscheiding zou willen zetten dan is het die.
Bij verbinding is toch veel meer sprake van een externe ingreep die twee ongelijksoortige delen bij elkaar wil brengen? Manipulatie. Ingrijpen van buitenaf. Natuurlijk kan een verbinder ook wijzen op een gemeenschappelijke deler en die proberen duidelijk te maken en te versterken. Een gezamenlijk logo en een driekleur kunnen daarbij helpen. Nee, dan kies ik toch voor de vervlechter, en, zoals het hoort, ontstaan in de vrij.

Mijn overbuurman heeft twee aangetekende brieven gekregen. Hem wordt gevraagd zijn bomen te snoeien omdat ze, aan de ene kant, over het publieke domein hun blad lieten zien. Aan de andere kant, overschaduwen ze het privéterrein van een ander. Ik kan me er iets bij voorstellen.
Ook onze goudiep groeit verder. De groene uitloper het allerhardst. Zal ik hem snoeien? Ja, ik laat de boom snoeien. De takken raken het huis, het raam waar Luca slaapt, en ik weet dat ook mijn buren het zullen waarderen. Laat ik de groene uitloper eruit knippen? Nee, natuurlijk niet! Ik laat hem bijknippen, in de lijn van de boom, vanwaaruit hij weer zijn eigenheid opzoeken kan. “Conisch, rond of rechthoekig?”

NS
Het gras onder de goudiep heeft het altijd moeilijk. De onderste takken ontnemen het licht. Daarnaast heb ik ook een aantal jaren het onderhoud laten versloffen tijdens een drukke periode of als ik er gewoon geen zin in had. Vorig jaar hebben wij ook het gras meer aandacht gegeven net als nu. Met extra licht, goed gekamd en regelmatig bemest, groeit het opnieuw.