De wachtkamer, episode 8, seizoen 51
Levensgevaarlijk, pas op voor molenpaarden!
Vanochtend moest ik mijn oog laten controleren. Ik ben op tijd voor mijn afspraak en loop eerst even rond door de wachtkamer. Ik kijk uit het raam en ga dan toch maar even zitten. Om mij heen nog vijf andere wachtenden, veilig, op anderhalve meter van elkaar.
Ik besluit om mij heen te kijken maar niemand wil contact. Ik zet mijn voeten vlak en sluit mijn ogen en adem rustig. Ik overdenk de wachtkamer, de keren dat ik er met anderen zat, de keren dat ik er voor me zelf was. Het ongemakkelijke gevoel dat ik er heb. Mensen, vaak in zich zelf gekeerd, wachtend op de specialist, die het beter weet. Niets voor mij.
Als er kinderen zijn dan is het een leukere plek. Ze weten mij altijd te vinden, en andersom :). Kinderen zijn nog nieuwsgierig en al helemaal als er iemand is die ze aankijkt en gekke bekken trekt. Dan worden ze extra wakker. Geweldig. Vandaag geen kinderen, althans, ik heb ze niet gezien.
Episode 7, seizoen 51
Mijn laatste bezoek met Petra passeert mijn gedachten. Terwijl de arts haar controleert word ik frontaal aangevallen door twee overrijpe, zwaarwegende vrouwen met een dorpskapsel; modelletje molenpaard. Ze vinden dat ik te dicht langs ze loop als ik een object aan de muur van dichtbij wil bekijken. Dat ik een gevaar ben voor de volksgezondheid en ze mij aan willen klagen. Ze vragen of ik mijzelf erg grappig vind waarop ik bevestigend antwoord. Ze weten me bovendien nog te vertellen dat dit een ziekenhuis is en dat we hier niet voor de grap zijn.
Ha, er voor de grap zijn. Een behoorlijk existentiële opmerking zo op de donderdagochtend in een wachtkamer ergens in Arnhem.
Ik word toch wel vrolijk van deze onverwachte woordenwisseling. Bij Molenpaard A zit een slanke, rustige man die zacht vraagt of zijn vrouw zich niet zo op wil winden. Hij probeert haar een paar keer te beteugelen maar dat lukt niet goed. Ik vind hem sympathiek en wil helpen dus besluit ik deze korte uitwisseling-van-ideeën niet verder te escaleren. Petra komt uit consult en we verlaten het ziekenhuis. De twee vrouwen halen opgelucht adem. Elvis has left the building. Bij Peet is niets gevonden. Elvis opgelucht.
Episode 8, seizoen 51, deel 2
‘Mijnheer Natali’, hoor ik in de gang. ‘Ja, dat ben ik’, vandaag. Als ik na een korte marteling de wachtkamer weer betreed leg ik mijn spullen in een stoel. De dichtstbijzijnde wachtende vraag ik of hij mijn tas met zijn leven wil beschermen terwijl ik het toilet kort inspecteer. Hij heeft er een kleine :) voor over; niet omdat het moet maar omdat hij kan. Ja, het is nog vroeg en ik ben al langer wakker.
To be continued
NS
Un Dia en la Playa; reflexión
NNS
And now we wait?