Mine mine mine!
‘Mine, mine, mine’, schreeuwen de meeuwen in ‘Finding Nemo’.
De laatste tijd stoor ik me aan ‘mijn’. Sommigen noemen het geneuzel maar het houdt me bezig. Ik heb moeite met bezit en de bezitterige klank van mijn. Mijn vriendin, mijn zoon, mijn huis, mijn vriend, mijn leven, mijn dit, mijn dat. In het dagelijkse gebruik kom je er echter moeilijk om heen.
:)
Op de zelfde manier heb ik moeite met ‘ik’ en ‘ben’. Tja, je kunt je over dingen druk maken als je een dak boven je hoofd en genoeg te eten hebt :) Het lijkt een beetje op de manier waarop de ‘vrije mens’ omgaat met zijn achternaam (Jan van de familie Jansen). Zij proberen daar een andere invulling aan te geven die omslachtig klinkt maar toch erg wezenlijk is.
Gisteren kreeg ik een idee. Wat als ik nu het woordje ‘mijn’, als in ‘mijn vriendin’, vervang door ‘vriendin voor mij’ en gelijksoortig ook ‘zoon voor mij’ en ik dus ‘vader voor hem’ of ‘vriend voor haar’? Ik vind dat eigenlijk best een supervet idee. Dit klinkt in eerste lijn wat geforceerd maar ik begin er aan te wennen. En omdat Petra erg vriendelijk voor mij is, is zij vriendin voor mij. Kan toch?
:)
Ja zeker. Gisteren heerlijk met Luca wezen surfen. Omdat 5 Beaufort was voorspeld heb ik hem voor het eerst de trapeze aangegeven. ‘Hoe werkt dat Pap? Dat merk je vanzelf :)’ Zijn eerste katapult niet veel later. Waaaaah. Zo vet. Ik verheug me op Biarritz!